Max, deel 4

Vandaag step ik in de buurt rond. Ik vond het vorige keer toch niet zo leuk om te verdwalen.

Maar vanmiddag ben ik blij. Mijn pet staat lekker schuin en mijn blitse step stept extra snel.

Razendsnel step ik door de straatjes achter de markt. Het zijn allemaal smalle straatjes met hoge huizen. Oude straten waar ze aan het werk zijn aan de weg en de huizen. Reuze interessant al die machines en de mensen die aan het werk zijn. Af en toe blijf ik even staan om te kijken wat ze doen.

Lees verder →

Max, deel 3

Ik luister hoe de regen tegen de ruiten slaat. De wind huilt om de kerk waar ik aan het schuilen ben voor de storm. Het is zo koud hier, ik sta te rillen. Mijn step heb ik tegen een van de bankjes gezet, mijn kleren druipen en ik klappertand. Ik was door de stad aan het steppen in mijn eentje, helemaal naar het water toe om naar de rondvaartboten te kijken. Het zijn er zo veel en er waren zo veel mensen, heel mooi om te zien.

Lees verder →

Max, deel 2

Hoi, ik ben Max, weet je nog? Vandaag loop ik op de markt. Eigenlijk verveel ik me. Het is zaterdag. Mam staat op de markt, mijn zusje is onder de kraam aan het spelen. En ik ben al uren op en heb niets te doen. Ik weet niet waar mijn vriendjes zijn, dus slenter ik maar wat rond. Het is druk. Overal om me heen hoor ik mensen praten, in de verte muziek, maar vooral het geroep van de marktkoopmannen.’Vis, vis, verse grote vis!’ Ik loop langs een kraam waar allemaal verse vissen liggen. Alle soorten en maten. Eventjes blijf ik kijken en denk aan de vis die mijn moeder wel eens bakt. Heerlijk sappig een beetje zout, meestal krijgen we er gebakken aardappeltjes bij. Ik krijg er helemaal trek in, misschien dat ik straks wel aan mam vraag of we vanavond vis eten. Mmm, lekker!

Lees verder →

Max, deel 1

Ik ben Max, ik heb altijd een stoere pet op en mijn blitse step bij me. Meestal speel ik op straat, want dat vind ik het leukst. Lekker spelen, soms kattenkwaad uithalen en soms met andere kinderen knikkeren of voetballen. Soms doen we stepwedstrijdjes en meestal win ik, ik ben hartstikke goed in steppen, ik ben de snelste.

Lees verder →

Imitatio

Het verhaal van misschien

De deur viel in het slot en de cipier draaide met de sleutel het slot nog een slag verder om. Thomas ging zitten waar hij stond, op de grond net achter de deur, het was bijna alsof hij viel. Zijn dunne benen klapten dubbel en zijn vleesloze kont kwam met een klap op de stenen. De paar slierten grijs haar die over zijn kale plek heen gekamd waren, zakten opzij en zijn bril gleed naar het puntje van zijn neus waar hij net bleef hangen. Hij keek bewegingloos voor zich uit.

Lees verder →